Klaar voor de toekomst van infratechniek

Hoe zorg je dat MBO-studenten infratechniek met plezier hun opleiding doen en afronden? Precies! Je maakt ‘m praktijkgericht, visueel en flexibel.

Afgelopen week was de kick-off van de nieuwe BLEI.academy van Stichting BLEI, Branchesamenwerking Leermiddelen en Examenproducten Infratechniek.

We interviewden Wim Cobbenhagen, manager van stichting BLEI. Over ondergrondse infra, monteurs in opleiding, en hoe een goede infra-opleiding heel Nederland verder helpt.

Wim, kun je iets meer over jezelf vertellen en je rol bij BLEI? Wat doen jullie?

“Het liefst vertel ik meer over de academy dan over mezelf, maar vooruit. Ik heb meer dan dertig jaar in de ondergrondse infra gewerkt en nu ben ik manager van Stichting BLEI. In het kort zorg ik ervoor, samen met een team natuurlijk, dat studenten infratechniek goed en op dezelfde manier opgeleid worden. Dat doen we onder andere met deze uniforme opleiding en examinering voor het MBO in Nederland.

Wij zorgen er dus voor dat er water uit de kraan komt, dat we allemaal het licht kunnen aandoen, dat de gaskachels blijven branden, dat iedereen kan bellen en internetten. En dat mensen die op een warmtenet zijn aangesloten het ok warm houden. Kortom, dat we onze hoogstaande netwerken in Nederland op niveau houden, want dat zijn ze, van hoog niveau. Iedereen vindt het normaal dat we 24 uur per dag alles tot onze beschikking hebben, maar daar is wel wat voor nodig.”

Wat is jullie grootste uitdaging?

“Dat het opleidingsmateriaal goed aansluit. Een deel van de jongens en meisjes wil met hun handen werken. En niet verveeld worden met theorie. Daarbij zijn er ook zij-instromers van een jaar of veertig, vijftig. Zij hebben al wel een technische MBO-opleiding, maar nog niet in de richting infratechniek. Nu is het “Je kunt wel als monteur bij ons werken, maar je moet nog wel naar school.” Die mensen moeten we specifieker kunnen opleiden. 

Ook moeten we klaar staan voor de energietransitie. Nu komt elektriciteit veelal van de elektriciteitscentrale. Met meer zonnepanelen en windmolens komt die elektriciteit van meerdere locaties. Daar is het netwerk niet op berekend. Dat gaat nu van dik naar heel klein, maar moet misschien wel even dik zijn. En we weten niet wat er met het gas gaat gebeuren. Of eraf, of een ander type gas. Dat heeft natuurlijk ook invloed op de leerpaden.”

Wat wil je met de nieuwe opleiding bereiken?

“We willen naar een opleiding die studenten enthousiast en trots maakt voor het werken in de infratechniek. Dat ze gemotiveerd zijn om te leren.”

Hoe gaat de nieuwe academy je daarbij helpen?

“De nieuwe opleiding is nog steeds een centrale startplek voor alle infrastudenten. Maar het wordt veel visueler. Te veel tekst werkt niet voor deze monteurs. Theorie die past bij het niveau van de opleiding, meer praktijk. En veel toegankelijker. Het zijn geen grote modules, maar korte stukjes, learning bites.

Ze kunnen kiezen wat ze wanneer doen. Als ze bijvoorbeeld buiten al gewerkt hebben aan het aansluiten van een nieuwbouwwoning, hoeven ze binnen in de praktijk werkplaats niet nog een keer aan de aansluitleiding water te sleutelen, dat is dubbel.

En we gaan van een vast leerschema naar flexibel schema. De monteur koppelt zijn lesstof aan de werkzaamheden waar hij die dagelijks mee bezig is. Daarmee zijn we klaar voor de toekomst van infratechniek.”

Wat vind jij het gaafste aan de nieuwe Academy?

“Het BPV boek! Dat wordt een app. Nu is het zo’n dik aftekenboek. Ze hebben die continu nodig om hun vaardigheden bij te houden en te kunnen tonen, maar dat ligt dan buiten en wordt nat. We gaan nu werken met een online BPV-checklist. Dat die in de opleiding komt en dat je dat gewoon even kunt aanklikken, dat is gaaf.

En de app helpt de monteurs met het maken van een eindverslag. Door middel van vragen te beantwoorden komt er een verslagje uit.”  

Laatste vraag, wanneer maken we jou écht BLEI?

Als alles op tijd af is ;) Dus voor het nieuwe schooljaar. Meestal starten er zo’n 800 studenten per jaar. Met de huidige omstandigheden weten we dat natuurlijk niet. Maar één ding is zeker, we hebben de komende jaren veel goede monteurs nodig. Naar schatting minimaal een veelvoud! 

Lees verder